De beslagen vensters van Ton van Os
Sorry, at the moment there is no English translation available for this article.
Om te beginnen behoort de Rotterdamse graficus Ton van Os tot de Nederlandse grafici, die ook in het buitenland met grote waardering zijn ontvangen. Opgeleid aan de academie van de stad, die hij tot dusver trouw bleef en al direct aan het einde van die studie onderscheiden met de gemeentelijke Drempelprijs volgde at in 1966 een tweede prijs op de negende internationale tentoonstelling van zwart-wit in Lugano in 1989 de eerste prijs op de internationale biënnale voor grafiek in Florence terwijl hij op het ogenblik is doorgedrongen tot de laatste mededingers uit zevenduizend inzenders voor de World Print Competition in San Francisco.
En toch is hij in zijn ernstige goud-eerlijke kunst het tegendeel van een modieuze en treed-bewuste zoeker naar internationale successen. Dat is trouwens meer in het algemeen een eigenschap van de echte grafici zoals die ook in onze serie Prent van de Maand verschijnen. Alleen in hun intens contact met het materiaal zijn geheimen en verborgen mogelijkheden vaak even bezeten als een Hercules Seghers of een Bresdin vermengen zij hun dromen, verbeeldingen en diepste gedachten met wat er onder hun handen door inkten zuren en alle andere tientallen alchemistische wonderen van het grafisch arsenaal ontstaat van de kleine etsen, gravures en houtsneden van voorheen tot wat er nu, ook bij Ton van Os, aan ware wandgrafiek wordt gemaakt.
En het blank papier is ten slotte datgene, wat dat alles draagt een plat vlak dat toch tegelijk een venster is naar andere werelden. Het fascinerende bij van is daarbij dat dit bij hem nog eens wordt verdubbeld, zwevend en ambivalent gemaakt. Het blad grafiek is bij hem vaak nog eens in meest letterlijke zin een vensters dat bevroren, beasemd, beslagen kan zijn, maar waar als door de hand van de maker, zoals een kind schrijft in een beslagen of beijzelde ruit, een 'wak' geopend wordt naar die andere, overigens verborgen wereld daarbuiten.
En de wereld daarbuiten bestaat dan weer bij voorkeur uit heel exact genoteerde architecturen, binnenplaatsen, gangen, hallen zonder mensen maar met hun eigen geheim. Hij zijn er door het venster van uitgesloten maar zij laten ook zelfs aan het oog te raden, waarheen dat alles leidt en wat er aan leven en functie ook zelf weer achter verscholen is.
Een deel van het geheim van Ton van Os is, dat de schijnbare eenvoud een grote finesse en een ver doorgevoerd meesterschap in zich bergt. een ander deel, dat zijn voorstellingen in hun meervoudig dubbele bodem van ruimten, herkenbaarheden, betekenissen toch het eigenlijk geheim niet prijs gegeven. Zij houden ons bezig en gevangen met dezelfde intensiteit waarmee het jongetje Ton van Os zonder twijfel ook zelf met zijn vinger in een beslagen ruit moet hebben geschreven om dat zo boeiend tweeledige te bereiken: een vorm op het vlak van de ruit zelfs die tegelijk als een venster dient andere, vreemde wereld buiten.
Hans Redeker
NRC - 1974